De echte Jack - door Charlotte Meynen-Roest

Het is de 2e verjaardag van Jack. Het verjaardagsfeestje in bed is volledig langs hem heen gegaan. Hij heeft naar mijn idee geen benul van wat voor een speciale dag dit is. Dat wij voor hem zingen en cadeautjes geven i.p.v. rustig aan het wakker worden zijn, zou hij dat nou wel of niet registeren?

Een paar uur later, de broertjes zijn naar school gebracht en ik zit met Jack in het kamertje van de verpleegkundige van het consultatiebureau, een hele aardige en rechtdoorzee type en doordat Jack mijn 3e kind is, ken ik haar alweer enige tijd.  Ik zie haar nog zitten, 2 jaar eerder bij mij op de bank ter gelegenheid van de geboorte van Jack. Een ontmoeting in de eerste prille week van de kraamtijd geeft toch een extra dimensie aan een relatie. Bij de mensen die mij op mijn kwetsbare moment gezien hebben, daarbij hoef ik mij niet groot te houden, dus bij Marga ook niet.

Aan haar stel ik de vraag die ik al 100 keer in mijn hoofd heb voorbereid. Ondanks dat krijg ik het er maar moeilijk uit want als ik het zeg dan is de geest uit de fles en verraad ik Jack, zo is mijn gevoel. Ik geef dan een waardeoordeel over mijn eigen kind. Dat lieve mannetje waar ik toch onvoorwaardelijk van moet houden? Zonder “ifs..” en “when..” Maar gelijker tijd weet ik ook , juist omdat ik zoveel van hem houd, moet ik het doen, en als ik het niet doe, wie zorgt er dan voor hem?

Ik vertel aan de verpleegkundige dat ik mij zorgen maak over Jack. Hij praat niet of nauwelijks en hij luistert soms heel slecht, ook niet als ik hem roep en heel dicht naast hem sta of zit  en ja, de gehoortest hebben we al gedaan, dus doof is ie niet, en tja als je dan gaat zoeken op internet kom je uit bij pagina’s over autisme en daarin herken ik niet alleen mijn man maar ook dingen van Jack. “dus, Marga, zou hij een vorm van autisme kunnen hebben?” terwijl ik het uitspreek voel ik weer zoveel verschillende emoties door elkaar. Een schuldgevoel, schaamte, maar ook opluchting, want het is gezegd.  Gelukkig neemt zij het serieus en zegt dat zij mij als een ervaren moeder ziet en dat het wellicht een onderzoek waard is. In januari moet ik terugkomen en in de tussentijd moet ik woordjes sparen, hoeveel woordjes op het papier kan Jack al zelf zeggen? zij adviseert mij ook om de crèche te vragen, hoe zij er over denken. Dit ga ik doen, en de leidster is blij dat ik er zelf over begin, want zij denkt er ook meer met Jack aan de hand is, niet alleen zij maar haar collega’s ook, zo blijkt.

De gezellige verjaardag die zo gezellig begonwordt een dag met een grote domper en een steen in mijn buik…hoe gaat dit verder lopen? Ik heb geen idee maar ik realiseer mij ter degen dat dit pas het begin is van de grote zoektocht naar de echte Jack.