
Waarom kinderen met autisme zelden manipuleren, ook al lijkt het zo
“Hij manipuleert de boel bij elkaar en probeert het gewoon allemaal naar zijn hand te zetten”: zij de leerkracht over mijn zoon met autisme en angsten. En ik, ik was daar nog niet zo zeker van. Mijn zoon was een angstige jongen maar ook behulpzaam en eigenlijk best lief voor anderen. Hij liep vast met naar school gaan en gaandeweg had ik ontdekt dat hij vastliep in zijn hoofd. Hij was het overzicht in zijn huiswerk totaal kwijtgeraakt. Het had zich in de weken opgestapeld en hij kon het niet meer goed verwerken, wat hem vervolgens angstig maakte om weer naar school te gaan. Ik ging op onderzoek uit, want ik twijfelde aan de uitspraak van deze leerkracht en kwam er zo achter dat wat soms op manipulatief gedrag lijkt, is in werkelijkheid een poging om voorspelbaarheid of controle terug te krijgen in een wereld die voor hen vaak chaotisch, verwarrend of overweldigend aanvoelt.
Kinderen met autisme hebben vaak moeite met liegen en manipuleren, en dat komt voort uit een combinatie van cognitieve, sociale en neurologische factoren. Hier zijn de belangrijkste redenen:
1. Beperkte Theory of Mind
Wat het is: Theory of Mind is het vermogen om je in te leven in de gedachten, gevoelens en intenties van anderen.
Waarom het belangrijk is bij liegen: Om effectief te liegen of te manipuleren, moet je kunnen inschatten wat de ander weet of denkt — iets waar kinderen met autisme vaak moeite mee hebben.
Gevolg: Ze begrijpen soms niet goed waarom of hoe iemand anders denkt, en dus vinden ze het lastig om informatie te verdraaien op een strategische manier.
2. Sterke voorkeur voor eerlijkheid en regels
Veel kinderen met autisme hebben een sterk gevoel voor eerlijkheid, rechtvaardigheid en het volgen van regels.
Liegen wordt dan als ‘fout’ gezien, ongeacht de sociale context (bijvoorbeeld een leugentje om bestwil).
3. Moeite met sociale communicatie
Liegen en manipuleren vereisen subtiele sociale vaardigheden zoals lichaamstaal lezen, strategisch taalgebruik, en inschatten hoe iemand zal reageren.
Kinderen met autisme hebben vaak moeite met deze non-verbale en sociale signalen, waardoor liegen minder "vloeiend" of overtuigend overkomt.
4. Gebrekkige flexibiliteit in denken
Autistische kinderen denken vaak concreet en letterlijk.
Dit maakt het moeilijker om flexibel met informatie om te gaan of om "verzonnen scenario’s" geloofwaardig op te bouwen.
5. Minder sociale motivatie
Sommige kinderen met autisme zijn minder gericht op het beïnvloeden van anderen of het verkrijgen van sociale goedkeuring.
Manipulatie — wat draait om het sturen van anderen voor eigen voordeel — is dan simpelweg minder relevant of aantrekkelijk.
Belangrijk om te benadrukken
Niet elk kind met autisme is hetzelfde. Sommige kunnen wél liegen, vooral als ze cognitief sterk zijn of sociale strategieën hebben aangeleerd. Het is niet dat ze nooit kunnen liegen, maar het is vaak minder spontaan, minder geraffineerd, en komt minder vaak voor.
Met hartelijke groet,
Petra Dekker
Regiocoördinator Mama Vita