Onderprikkeling en de meltdown

In mijn vorige blog schreef ik over overprikkeling en de meltdown en nu gaat het over de onderprikkeling en de meltdown. Want onderprikkeling bij autisme kan net zo goed tot een meltdown leiden als overprikkeling, hoewel dat minder bekend is.

Wat betekent onderprikkeling nou eigenlijk?
Bij onderprikkeling ervaart het kind te weinig zintuiglijke, cognitieve of emotionele stimulatie. Ze krijgen niet genoeg prikkels, zoals geluiden, beelden, aanrakingen of beweging binnen, of hun hersenen verwerken die prikkels minder intens dan bij anderen. Dit kan leiden tot verveling, passiviteit of juist opvallend gedrag om meer prikkels te zoeken.

Wat zijn de signalen van onderprikkeling?
1) Frustratie en verveling:
Wanneer iemand te weinig uitdaging of afwisseling ervaart, kan zich dat opstapelen tot frustratie.

2) Behoefte aan zelfstimulatie:
Sommige mensen proberen onderprikkeling te compenseren met stimming, bijvoorbeeld rondrennen, geluiden maken, dingen aanraken, wiegen, tikken, herhalen van geluiden. Als dit wordt onderbroken of niet geaccepteerd wordt, kan spanning toenemen.

3) Geen uitlaatklep:
Als iemand niet in staat is om de onderprikkeling te herkennen of er iets aan te doen bijvoorbeeld op school of werk. Je kan dan last krijgen van opgekropte energie: te weinig prikkels betekent niet dat er geen interne activiteit is. Ongebruikte mentale of fysieke energie kan zich opbouwen tot het te veel wordt.

4) Weinig reactie op omgeving:
Ze lijken niet geïnteresseerd, afwezig of traag in hun reacties.

5) Concentratieproblemen:
Moeite om betrokken te blijven bij een activiteit.

Zintuiglijke onderprikkeling
Bij onderprikkeling van de zintuigen zoals het gehoor (auditief), lijkt het kind geluiden of tonen niet op te merken of reageren ze niet op hun naam. Visueel hebben ze weinig interesse in visuele prikkels of zoeken juist felle kleuren en bewegingen op zoals een balletje met kleurtjes of licht erin. Bij tast willen ze graag dingen of mensen aanraken of houden ze juist van stevige druk. Bij proprioceptie (lichaamsbewustzijn), botsen ze of struikelen ze veel of houden van zware lichamelijke activiteiten. Bij de vestibulaire prikkels oftewel evenwichts- en bewegingsprikkels kan schommelen en draaien sterke, ritmische prikkels geven die voor sommige kinderen rustgevend of juist activerend zijn.

Hoe kan onderprikkeling leiden tot een meltdown?
Wanneer een kind met autisme in een klas zit waar het lesmateriaal te makkelijk is en het kind krijgt weinig afwisseling. En het mag niet bewegen of geluid maken, en wordt zo beperkt in zijn behoefte aan stimulatie dan kan het na opgekropte verveling ineens boos worden, huilen of schreeuwen: De welbekende meltdown.

De signalen van een meltdown vind je in de blog over Overprikkeling en de meltdown?
www.mamavita.nl/mama-vita-blog/2025/5/14/overprikkeling-en-de-meltdown

Wat helpt bij onderprikkeling?

•        Stimulerende taken aanbieden

•        Bewegingen zoals trampoline springen, dansen of bouwen met grote blokken.
        Sensorische prikkels mogelijk maken (vraag advies aan een sensorisch integratieve fysiotherapeut of ergotherapeut)

•        Een signaleringsplan opstellen om onderprikkeling tijdig te herkennen

·        Zintuiglijke stimulatie aanbieden: zoals voel- en snoezelmateriaal zoals speelzand of schuim, muziek, beweging of knutselwerk.

*     Schommelen en draaien

Overprikkeling en onderprikkeling kunnen ook tegelijkertijd voorkomen, vooral bij kinderen met autisme. Dit klinkt tegenstrijdig, maar het komt vaak voor omdat autistische kinderen prikkels op een andere manier verwerken. Autisme beïnvloedt de sensorische informatieverwerking, en dat betekent dat een kind overprikkeld kan zijn door bijvoorbeeld geluid en tegelijkertijd onderprikkeld is in beweging of tast. Je kind zit in een druk klaslokalen raakt overprikkeld door het geroezemoes. Tegelijkertijd voelt het zich onderprikkeld in het lichaam, waardoor het wil bewegen om zich “wakker” te houden of te kalmeren. 

Met hartelijke groet,

Petra Dekker
Regiocoördinator Mama Vita